Woningcorporaties laten zich eens in de vier jaar visiteren. Een belangrijk onderwerp dat daarin uitgebreid aan de orde komt is de governance: de kwaliteit van de besturing, de maatschappelijke oriëntatie van de Raad van Commissarissen (Intern toezicht in methodiek 5.0) en de wijze waarop een corporatie zich tegenover belanghebbenden verantwoordt. Vernieuwd in methodiek 6.0 is de maatschappelijke oriëntatie van de RvC. Uit een analyse van Stichting Visitatie Woningcorporaties Nederland (SVWN) blijkt dat de het overgrote deel van de corporaties een RvC heeft die zich bewust is van zijn maatschappelijke oriëntatie in het lokale netwerk.
In 2019 zijn er 99 visitaties van corporaties afgerond, 63 met methodiek 6.0 en 36 met methodiek 5.0. Gemiddeld scoren de corporaties een 7,1 op het gebied van governance, met het zwaartepunt van de scores tussen de 7 en de 7,9.
Op de drie onderdelen van governance liggen de gemiddelde scores dicht bij elkaar. De maatschappelijke oriëntatie van de RvC scoort met een 7,2 gemiddeld behoorlijk hoger dan het intern toezicht onder methodiek 5.0 (6,8). Dit verschil is voornamelijk te verklaren doordat de onderdelen ‘naleving van de governancecode’ en toetsingskader, om doublures met de Aw te voorkomen, niet in methodiek 6.0 zijn opgenomen. Op deze onderdelen werden onder methodiek 5.0 de meeste onvoldoendes gegeven. De onderdelen externe legitimatie en verantwoording en besturing zijn in methodiek 5.0 en 6.0 gelijk gebleven; de gemiddelde scores variëren daar maar heel weinig.
Raden van Commissarissen bewust van maatschappelijke oriëntatie
Met de invoering van methodiek 6.0 zijn alle door de Aw getoetste onderwerpen geschrapt en is het accent verlegd naar de besturing en governance van het maatschappelijk presteren. Binnen het intern toezicht richt de aandacht van de visitatiecommissie zich uitsluitend op de beoordeling van de maatschappelijke oriëntatie van de RvC. Met een gemiddelde beoordeling van 7,2 laten de RvC’s zien dat ze zich bewust zijn van de maatschappelijke rol die ze in het lokale netwerk vervullen. Het laagste cijfer, de enige onvoldoende op dit onderdeel, is een 4. Het hoogste cijfer is een 8, gescoord door 26 corporaties.
Uit een inhoudelijke analyse van de visitatierapporten blijkt dat corporaties die hoog scoren op dit onderdeel, een RvC hebben die een breed gedragen visie heeft op hun maatschappelijke oriëntatie als toezichthouder van een maatschappelijke organisatie in een lokaal netwerk en deze visie ook in de praktijk weet te brengen. De RvC is op diverse manieren actief verbonden met belanghouders, is actief is betrokken bij strategievorming draagt zelf maatschappelijke thema’s aan die geagendeerd dienen te worden.
De RvC toont bovendien alertheid op belangrijke maatschappelijke ontwikkelingen in het werkgebied. Ook is de RvC duidelijk actief begaan met het realiseren van de maatschappelijke doelen voor de huurders en houdt daar goed toezicht op.
Vergelijking huidige en vorige visitatie
Als we per corporatie de scores van de voorgaande visitatie (in 2015) vergelijken met die in 2019 zien we op alle onderdelen van governance een duidelijke stijging ten opzichte van de visitatie vier jaar geleden. Daarmee zien we hetzelfde beeld als wat de inhoudelijke analyse in 2018 opleverde: de corporaties die een grote verbetering laten zien (>1 punt) hebben werk gemaakt van de aanbevelingen die er in het voorgaande visitatierapport zijn gedaan. Een verbetering van (één of meer onderdelen van) de PDCA-cyclus, de naleving én doorleving van de governancecode, het aanscherpen van de rolopvatting van de raad van commissarissen en het structureren van de externe legitimatie zijn punten die in meerdere rapporten worden genoemd.
Voor het eerste gevisiteerde corporaties
Nadat de visitatieverplichting is opgenomen in de Woningwet in 2015 zijn er 20 corporaties voor het eerst gevisiteerd. Deze niet eerder gevisiteerde corporaties scoren beduidend onder het gemiddelde op alle governance-onderdelen. De verklaring daarvoor kan liggen in verschillende zaken. Allereerst valt op dat deze corporaties een lage score hebben voor het intern toezicht: het functioneren van de RvC, het voldoen aan de governancecode en het gebruik van een toetsingskader zijn bij deze niet eerder gevisiteerde corporaties onder de maat. Bovendien bestaat het grootste gedeelte van de niet eerder gevisiteerde corporaties uit kleine(re) corporaties. Deze corporaties scoren over het algemeen al onder het gemiddelde. Gecombineerd met het ontbreken van een leereffect uit een voorgaande visitatie kan dit leiden tot de lagere scores.
Claudia Siewers, directeur SVWN: “Dat er opnieuw een verbetering is gerealiseerd door de corporaties op het onderdeel governance op de resultaten uit de visitatie is een mooie ontwikkeling. Hieruit blijkt dat wat men aandacht geeft, groeit."
Albert Kerssies, directeur VTW: "Het is goed om te zien dat de governancescores met de nieuwe methodiek verder stijgen en dat dit ons beeld bevestigt over de taakopvatting van onze leden. Ik herken hier veel in van onze beweging 'Toezicht met Passie' en ook onze aandacht voor de governance van lokale netwerken."
â–¶ Bekijk de infographic
â–¶ Lees de volledige analyse